“Het is een leuk idee, maar bij ons gaat het niet werken”, zei de directeur. Ik voelde mijn hoofd warm worden en mijn maag samenkrimpen. Daar stond ik dan, op dat podium, voor het hele managementteam.
Vol vuur
Ik had net vol vuur mijn plan voor een nieuw project gepresenteerd. Ik had er wekenlang aan gewerkt, over overlegd, aan bijgeschaafd. Totdat ik ervan overtuigd was dat het helemaal perfect was. En met die ene opmerking werd mijn hele idee van tafel geveegd.
Ik probeerde nog tegenargumenten te geven. Uit te leggen waarom ik ervan overtuigd was dat het wèl zou kunnen werken. Maar al snel besefte ik dat dat geen nut had. Teleurgesteld en wat beschaamd ging ik weer zitten. Nou, mooie binnenkomer op mijn eerste heidag bij mijn nieuwe werkgever.
Malen
Einde verhaal zul je denken. Nou, dus niet. Ik merkte dat ik de rest van die dag en de dagen erna steeds aan het voorval moest denken. Ik kon het niet uit mijn hoofd krijgen. Was mijn idee dan echt zo slecht? Had ik dan zo’n verkeerde inschatting gemaakt? Ik ging zelfs twijfelen aan mezelf. Was ik wel geschikt voor deze functie?
Herken je dat?
Dat je enthousiast bent over een nieuw idee, niet kunt wachten om het met je manager te bespreken, maar dat hij het meteen afserveert? Of dat je in een MT zit en jouw projectvoorstel, dat goed onderbouwd is en waar je dagenlang aan hebt gewerkt, binnen vijf minuten van tafel is, omdat je mannelijke collega’s denken dat het toch niet gaat werken. Dat iemand een vervelende opmerking maakt over iets waar jij echt gepassioneerd over bent. En dat het dan ineens heel hard binnenkomt? Dat het bijna letterlijk pijn doet? En dat het zelfs maakt dat je aan jezelf gaat twijfelen?
Het ligt niet aan jou
Niet doen! Het ligt niet aan jou.Het gaat namelijk helemaal nìet over jou. Over dat jouw idee of projectvoorstel niet goed is. Of dat het niet duidelijk is. Of niet goed genoeg onderbouwd.
Het gaat over iets heel anders. Vooral als je die reactie komt van mannelijke collega’s. Dan gaat het over mannetjesputters en haantjesgedrag. Over mannen die alles als een gevecht zien en de ander willen uitdagen. Die altijd zoeken naar de gaten die ze in jouw voorstel kunnen schieten. Die de beste willen zijn en het niet kunnen hebben dat jij met dat briljante idee komt. Want zo zitten ze nou eenmaal in elkaar.
Niet persoonlijk bedoeld
De kunst is om het je niet persoonlijk aan te trekken. Hoe moeilijk dat misschien op dat moment is. Want hun reactie zegt niets over jouw kwaliteiten. Het zegt niets over hoe goed jij in je werk bent. Het zegt niets over hoe goed of slecht jouw ideeën zijn. Het zegt alleen iets over dat mannen anders zijn dan vrouwen. Dat zij op een andere manier reageren dan jij. Dus twijfel niet aan jezelf. Het ligt niet aan jou.
Spel meespelen
Zie het als een spel en probeer dat op jouw manier mee te spelen:
- Bereid je voor op ‘het gevecht’ door vooraf medestanders te zoeken.
- Ga de confrontatie aan door uit te spreken wat je denkt en vindt.
- Gebruik je boosheid of frustratie als kracht om nog beter je punt te maken.
- Zoek de gemeenschappelijke belangen en spreek je collega’s daar op aan.
- Zie kritiek als iets zakelijks in plaats van een aanval op jou als persoon.
Niet meer hard werken
Als je dat gaat doen, dan zit je niet langer met kromme tenen in elke vergadering. Kun je zelfs lachen om het gedrag van je mannelijke collega’s. Het kost je geen moeite meer om hen mee te krijgen met jouw ideeën. Je hoeft niet meer alles tot in de puntjes uit te leggen. En je hoeft er niet eens hard voor te werken. Je hoeft alleen maar jezelf te zijn.
Twee jaar later stond ik weer op datzelfde podium. Met als grote verschil dat de directeur en mijn collega managers nu wèl enthousiast waren over mijn idee voor een nieuw project. En ik met een tevreden gevoel van het podium af stapte.
Stralende groet,
Manita
P.S. Heeft je netwerk ook baat bij mijn blog? Deel het! Gebruik hiervoor de knoppen hieronder.
0 reacties